vrijdag, september 22, 2006

Geboorte van een godsdienst


Waarom wilde de eerste denkers religie als basis voor machtsuitoefening?
Dat hangt er nog maar vanaf. Je kunt het ook zien in een breder perspectief. De eerste mens stelde zich al vragen. En één van die vragen was natuurlijk ook, hoe kan dit allemaal: de wereld, de harmonie in de natuur, etc...
En in dit prille traject om een verklaring te verkrijgen, is het onbekende getransformeerd in God. De eerste mens kon op zichzelf nog lang niet alles veklaren. Later is de wetenschap gekomen die wel bij machte was veel zaken te verklaren, maar deze eerste mens had niet overal een sluitende verklaring voor, en voor de dingen die hij niet kon verklaren creëerde hij een god. Hij creeerde zodoende een god. Een god die hem niet ingaf wat goed en kwaad was. Goed en kwaad staan ook los van god. God is inderdaad het zien, het (h)erkennen van het hogere, misschien wel die ene kracht die er kan zijn voor mensen, die eigenlijk het antwoord is op de vragen, van ‘hoe is het ontstaan?’ een antwoord op iets wat terugkijkt, een antwoord op de geschiedenis. De andere kant van god, de god die bestraft, de god die een visie uit over de mens(heid; die was in de eerste god nog niet eens vertegenwoordigd. De mens zag god als antwoord op vragen die, en dat is belangrijk, min of meer fysiek van aard waren. Miscchien ook wel geestelijk, maar niet geestelijk als zijnde herbergende waarde-oordelen.
Even nog niet uitgaan van goed en kwaad. De vragen waarmee de eerste denkers werden geconfronteerd waren alleszins begrijpelijk. Hoe kan het bijvoorbeeld zijn dat het iedere dag weer licht word? Ze zagen de maan bewegen, en er moet wel iets zijn die dat doet… Er is iets.. er is een grote hand die dat doet… Dat moet God zijn. God is zoveel dingen ineen. God is alles wat een kracht heeft en buiten onszelf of het voor ons verklaarbare ligt, dat is god in dit eerste geval. De mens heeft die prille aannames aan anderen overgedragen. In die vergaarde kennis werd alles geconcentreerd, een bundeling van al die krachten is wat god inhoud. En men ging dat ‘wezen’ respecteren..want men ging het min of meer menselijke eigenschappen geven. Met ging zichzelf erin projecteren, men keek naar god alsof ze in een soort spiegel keken, alsof die god ook menselijke eigenschappen had. O zo, menselijk. Maar het geeft ook weer heel sterk aan dat wij onszelf als de hoogste creatie hier op aarde beschouwen. We denken aan God als 'het machtigste Wezen', en wat doen we? We projecteren onszelf erop, al is het in de vergrotende trap. Dit geeft te denken...
Men ging er dan ook indirecht van uit dat God ook wel ademde, iets nodig had om te overleven, misschien zich ook wel kon vermaken, en zelfs ook emoties had…
En nu benaderen we het eerste bestaan van goed en kwaad. Ook de eerste mensen hadden emoties, dingen die men niet graag wilde… facetten van het leven die geestelijk zuur en zoet zijn. Maar dan ga je op een gegeven moment, even zuur en zoet aanhoudend, zuur leiden naar fout en zoet naar goed, en dan krijgen we een filosofische overeenkomst: nee, sterker nog, een opkomst van de gedachte dat er goed een kwaad is. In definitie.
En goed en kwaad ligt veel dieper. Bijvoorbeeld de veroordeling van moord. Het komt ook uit een gevoel van onveiligheid in en over jezelf.. het leven in jezelf wil zich ook voortzetten. Dan wil je mensen overtuigen om niet te moorden (lees: jou niet te vermoorden…). Heel basaal. Meer mensen zullen die stem overnemen.
Rechsgevoel bestaat niet. Rechtsgevoel wordt afgedwongen door compromis. Het zit niet in de mens het zit tussen twee, of meerdere mensen in. En dan ineens gaan we over rechtsgevoel praten. Praten komt eerst, en daarna pas het rechtsgevoel. Eerst de communicatie dan het rechtsgevoel. Met dieren communiceren wij niet, het lukt ons vaak eenvoudigweg niet, het is een ander soort. Communicatie gaat dus voor het rechtsgevoel, en vind dus enkel plaats binnen de soort. In dit geval, binnen de mensheid.
Nu, stel voor dat iemand totaal alleen wordt achtergelaten op een eiland en alleen zou kunnen opgroeien, dat wezen zal nooit in rechtsgevoel denken. Extremen maken voorbeelden altijd duidelijk.
Ik geeft een extremiteit aan om propositielogisch erin mee te komen, het gaat om de basis, dat moet helder zijn. Rechtsgevoel ligt tussen twee individuen in. Wanneer dat zoet en zuur verenigd wordt, en men komt dus met een rechtsgevoel, en die gevoelens moeten worden beargumenteerd op ‘goed’ en ‘kwaad’… Dan moet de tegenpartij wel worden uitgelegd wat goed en kwaad is. De tegenpartij zal dezelfde problemen constateren, dat rechtsgevoel ligt namelijk tussen ons in. Men kan dus ook nog dingen delen, binnen het referentiekader wat de natuur al aan ons bied. Dat referentiekader hebben we allemaal. Dat er morgen weer een morgen is, dat morgen de zon op zal gaan. Dat is zelfs nog een geloof. Wel een geloof wat het dichtst tegen het rationele, fysieke aanligt. Zulk soort dingen. En dat allemaal in het referentiekader stoppend, kan het zijn dat een compromis wat tussen twee of meerdere mensen ligt, wat aan de basis ligt van een rechtsgevoel, dat dat er voor zorg kan dragen dat we dus kunnen spreken over iets wat richting goed en kwaad gaat, of er in de buurt komt.
De eerste mens die god ontdekte, waar nog geen goed en kwaad aan gebonden was, die mens heeft wanneer er compromis werden gesloten tussen verschillende individuen, ook die god daarin betrokken. Je praat de eerste keer vriendschappelijk met het andere individu, en je verteld hem over je wetenschappelijke kant. Maar wanneer het gevaar aan de orde komt vertel je de dingen die daarin aan de orde komen. Die op dat moment terzake doen en noodzakelijk is. Mensen laten los wat noodzakelijk is. Wanneer meer mensen met elkaar in aanraking kwamen, en er, begon onenigheid, de basale oerdrang is, het fysieke sterkste overwint in de mens. Dus je doodt je tegenstander. Je kunt dan verder gaan met het vullen van de eigen behoefte, het egoisme. Nu, de slimmere wordt altijd gezien als beter dan fysiek sterk ontwikkeld. De slimme zal kunnen overleven door tactiek. Dat is mensen onder je krijgen, mensen die jou beschermen, en dan krijg je dus eigenlijk een slimmere elite die volgens het Darwinisme zou moeten uitsterven omdat ze fysiek zwakker waren, maar in dit geval niet. Maar hoe wordt dat goed en kwaad gebruikt? Goed en kwaad wordt in een religie geschoven, wordt gepresenteerd (hemel / hel, voor diegene die uit zichzelf niet gelijk staat te trappelen om te joinen) , je krijgt sowieso a: mensen onder je, je bouwt macht, tegen een misschien wel fysiek sterkere tegenpartij, de tegenpartij zal of zwichten tegen die macht of er dingen tegeninbrengen (eigen religie?).
Nog even terugkerend naar de vraag:
Wanneer is religie verworden tot a: een machtssysteem en b: een systeem wat van een goed zaadje onkruid is verworden, of wanneer het een transformatieprocess heeft ondergaan, wanneer heeft het de mens in de steek gelaten? Het werd niet meer enkel gebruikt voor het hogere buiten ons, maar wanneer wij datgene wat buiten ons een menselijke gedaante geven (ook al misschien niet direct, doch zeker indirect: God heeft emoties, straft, geeft liefde, etc…) wordt het eigenlijk (net zoals wij verlangen van een menigte onder ons, gezien vanuit de elite, dat die ons verdedigt, de aanhangers) zo creeëren we ook iemand die ons van boven verdedigd.. maar omdat hij ons van boven verdedigd moet het wel een figuur zijn die overeenkomsten met ons als mens heeft, om meerdere redenenen. Als een ‘grote broer’ die wij indenken. Een grote broer die niet bestaat, maar wel kan vechten zoals wij dat aan de tegenpartij presenteren. Die tegenpartij is onder andere de satan, de satan, bij gebrek aan een fysieke verschijning (zoals altijd). De elite heeft daarin de vrije hand. Zij maakt Gods opponent ook geestelijk, en hij is altijd op afroep beschikbaar voor de elite die het volk wel aanwijst waarin hij vertegenwoordigd is. Tevens moet worden opgemerkt dat de elite éérst de god schiep, vóórdat de boodschap pas verbreid kon worden, voordat men volgelingen kon vergaren. En dit alles op straffe van hel, als je het niet met ze eens was. Nu is de hel het beste dreigmiddel, doordat het niet te bewijzen is, kan de fantasie het zo erg maken als nodig is om mensen over te halen. Die grote broer is het eigen ego van de inteligentsia, die dat enkel vergroot geprojecteerd heeft. Zie hier de allereerste kerkleiders. Zij hebben die ‘god’ waardeoordelen laten uitspreken, die ze eigenlijk zelf wilde uistpreken. Die waardeoordelen zijn niet allen ‘slecht’ (lees hier: collectieve dood bevorderend) gebleken voor het leven op aarde, dat geenzins. Maar ze liggen er wel aan de basis van. Zo is er dus een religie gekomen die buiten de religie van de eerste redenerende mens is gekomen, de pre-mens. Want daarna heeft god een goed-en-kwaad schema over zich heen gekregen door de machthebbers. Een wel doordacht schema wat ver achter de dogma's een duidelijk doel heeft met het volk. En dat is een natuurlijk proces wat in alle delen van de wereld ontstaat. Compromissen moeten maken, een misplaatst referentiepunt bezitten over goed en kwaad, wetende de ongegrondheid daarvan. Een gelovig mens moet diep, heel diep, in zichzelf afdalen om dit proces te kunnen ontdekken. Voor de vroegere geestelijkheid was het aanlokkelijk om het op zulk een dergelijke manier te presenteren, en het is evolutionair ook bijzonder handig om zo’n systeem te creeëren. Maar het ligt wel buiten de werkelijkheid. Dit is een inleving in zichzelf.

5 opmerkingen:

Anoniem zei

Leuk stuk. Nooit stil gestaan bij 'hoe gepersonificeerd God(sdienst) eigenlijk is'.

Anoniem zei

wat een crap.

Anoniem zei

leest leuk weg maar verder niks. Is voor mij stuk om te beweren dat er geen god is.

Anoniem zei

De spijker op de kop. God is een idee, een alles, maar geen persoon of zo.
Hij schiep Adam naar zijn evenbeeld, ja ja. En wat deed God dan met zijn geslachtsdeel. Waar is de Zij-God?

Anoniem zei

helemaal juist!